November 11, 2007

Weekend in Quito

Laattijdig verslag van weekend twee in Quito


Het leven in Quito


Ondertussen zijn we nu al twee weken in het land. De Spaanse lessen lopen goed, het internet geraakt hopelijk vannacht weer aan de praat en we hebben onze huisgenoten al wat beter leren kennen. Kai en Karla zijn zeer sympathiek en vooral Karla is super grappig. Mevrouw moeder Maria kookt ’s middags vaak voor hun omdat ze constant hard aan het werken zijn en wij mogen wel eens mee eten. Maria kan zeer goed koken! Zo zijn we er ondertussen achter gekomen dat rauwe, groene vijgen hier een delicatesse zijn, als ze tenminste op de juiste manier klaargemaakt worden. Wanneer mijn Spaans wat beter is ga ik het recept nog eens vragen.

Wij hebben hier in huis ook al een poging gedaan om ons territorium af te bakenen en hebben een tajine klaargemaakt voor Elba (van ACJ) en Maria. Het is hier echter niet evident om aan kruiden te komen. Verse kruiden verkopen ze op allerhande markten in het stad in overvloed, maar stomme kruiden uit pakjes zoals curry of paprika vind je enkel in de grotere, meer gespecialiseerde supermarkt.

Het fruit is hier trouwens fantastisch ... Ze hebben hier zoveel keuze ... Minstens vijf soorten bananen, met verschillende smaken en anders klaar te maken. Ze weten het ook zeer mooi uit te stallen. Zaterdag (27/10) zijn Will en ik naar de Santa Clara markthal geweest. Op de benedenverdiep bevinden zich tientallen kleurrijke groente- en fruitkraampjes met zeer mooi gestapelde koopwaar. Er zijn ook allerhande stalletjes die warme maaltijden of verse sapjes verkopen. Zo passeerden we onder andere een kraam waar ze onderdelen van compleet gefrituurde varkens verkopen en hebben we eens een jugo van alfalfa gemengd met wortelsap uitgeprobeerd (niet slecht!).

Na de tajine op zaterdagavond heeft Elba ons trouwens meegenomen naar een salsa-bar, Mayo 68 - verwijzend naar de linkse activisten die hier in het verleden naar het schijnt vergaderden. Ik heb me goed geamuseerd! De mojitos zijn wel niet wat ze in Leuven in Villa Ernesto zijn, maar de mensen waren vrolijk en de muziek meeslepend. Ik ben quasi de dansvloer opgesleept en heb me dan maar aan een dans gewaagd. Het voetenwerk van mijn danspartner was echter intimiderend snel. Tijd dus om eens naar de salsa lessen te gaan die ons via de Spaanse les aangeboden worden!


De Pichincha vulkaan

Voor zondagochtend (28/10) hadden we met een aantal mensen van de Spaanse les afgesproken om de Pichincha te beklimmen. Om 8.00 AM stonden we allen paraat aan de TeleferiQo, de kabellift die ons van een hoogte van zo’n 2900 m naar 4100 m zou brengen: Chris - UK (een andere dan onze huisgenoot), Jen - Canada, Richard - Oostenrijk, Merril - USA, Hannes - Duitsland, Will en ik. Na een uurtje wachten (mijn gids had het namelijk mis wat betreft de openingsuren van de TeleferiQo) mochten we eindelijk in de lift stappen, en omhoog gingen we, weg van de vervuiling van de stad! Het uitzicht over de stad is vrij imposant. Quito is een hele grote stad die in een langgerekte vallei ligt, dus zo ver als het zicht reikt kan je de stad onder je zien liggen. Ons doel van die dag was echter de Rucu Pichincha ... één van de twee toppen (Rucu en Guagua, zeg: "wawa"). Het werd echter een afvalrace. Hannes werd als eerste geveld door een tekort aan lucht en besloot wijselijk om terug te keren. De volgende die we kwijt geraakten was Merril die zeer enthousiast met een “rotvaart” in zijn eentje de berg opstoof. De rest deed het iets langzamer aan, voornamelijk omdat ze af en toe wachtten op mij. Ik had namelijk nogal last van de hoogte: tekort aan adem, slappe, trillende spieren en een duizelig gevoel in m’n hoofd.

Het zicht boven op de Pichincha was zeer mooi en we hadden heel veel geluk met het weer. In plaats van regen of de eeuwige mist die hier in de lokale winter (nu dus!) ’s namiddags continu rond de bergen hangt, kregen we een zicht over uitgestrekte groene valleien met een patchwork van velden onder een stralende zon. Op onze tocht zagen we in de verte horizontale rijen van rechthoekige uitsparingen in de grond. Een lokale berggids dacht dat het hier om geologische plooien ging! We waren echter totaal niet onder de indruk van zijn uitleg, maar de velden of terrassen zijn nog steeds een raadsel voor ons. Hoe hoger we leken te komen, hoe groter de bloemen leken te worden en hoe weelderiger de vegetatie.

Uiteindelijk heb ik zo’n 120 m onder de top moeten opgeven. Ondanks verschillende pogingen om toch verder te gaan ging het niet. De vier overgeblevenen (Will, Jen, Chris en Richard) zijn verder naar de top gegaan, terwijl ik iets lager de vogeltjes en planten en lieveheersbeestjes mocht bestuderen. De terugweg was een “walk in the park”. Het was opvallend hoeveel beter je opeens kon ademen door stomweg een tiental meter te dalen. Getuige van de verandering in lucht(druk) waren ook onze waterflesjes die – éénmaal beneden – helemaal ingedeukt waren.

De avond werd - in goed gezelschap - besloten in Mongo’s, een Mongools (?!) restaurant waar je zelf de ingredienten van je maaltijd kiest die de kok dan op een gigantische bakplaat klaarmaakt.

No comments:

Post a Comment